Nieuwsbericht | 27-02-2013
De aannemer van een renovatieproject in Rotterdam moet een boete betalen van ruim € 21.000 omdat het bedrijf op een onveilige manier asbest heeft verwijderd. De Inspectie SZW heeft de boete opgelegd.
Inspecteurs legden het werk stil omdat twee werknemers een asbesthoudende afvoerpijp uit het plafond sloopten. De aannemer waar de twee in dienst waren, mag niet met asbest werken. Bovendien waren de werknemers niet tegen deze gevaarlijke stof beschermd.
Bij de sloop zijn asbestvezels vrijgekomen. Uit onderzoek bleek dat de woning besmet was en dat in het achtergebleven puin in de woning asbesthoudend materiaal lag.
De opdrachtgever van de renovatie, een woningbouwvereniging, heeft het asbest in de woningen wel in kaart laten brengen, zoals wettelijk verplicht is. Ook was er een gecertificeerd bedrijf bij betrokken dat het asbest zou verwijderen. Toch besloot de aannemer vanwege de voortgang dat de medewerkers dit 'klusje' wel even konden klaren. Hierdoor is een voor alle aanwezigen gevaarlijke situatie ontstaan.
Voor de Inspectie SZW is de aanpak van misstanden in de asbestsector een van de speerpunten. Daarom is een speciaal team geformeerd met inspecteurs die zijn vrijgemaakt voor de aanpak van misstanden. Vorig jaar is de hoogte van een aantal boetes voor het onveilig verwijderen van asbest verdubbeld. Sinds begin dit jaar zijn de boetebedragen voor het overtreden van de arbeidsomstandighedenwet nog verder aangescherpt (zie www.inspectieszw.nl).
Het gebruik van asbest is in Nederland al sinds 1994 verboden. Alle bedrijven in Nederland die asbest verwijderen, moeten dat vooraf bij de Inspectie SZW melden. In ons land zijn ongeveer 300 bedrijven gecertificeerd om asbest te verwijderen (www.ascert.nl).
(bron: www.rijksoverheid.nl)